dinsdag 10 augustus 2010

Echt gebeurd

Pauline Cornelisse vertelde in Zomergasten over de 'Echt gebeurd middagen' in Toomler. Het deed me een eigen verhaal herinneren…

De laatste gil
Het was mijn eerste ochtend op een grasveld op een vreemd continent: Australië. Zo ver was ik nog nooit geweest. Eindeloos had het vliegen geduurd en groot was de jetlag.
Ik dacht dat Australië een soort woestijn was met rode rotsen en lange hete asfaltwegen, maar waar ik me bevond leek het meer op een tropisch regenwoud. Torenhoge eucalyptusbomen omringden me en de vochtige hitte was zo vroeg al voelbaar. Maar bovenal: die geluiden! Er was een onbekende vogel die hier de toon zette, en dat fascineerde me mateloos. Hoe zou die eruit zien vroeg ik me af.
     Daar stond ik in de tuin, eerbiedig en geconcentreerd. Mijn gastvrouw lag vast nog op bed, in haar mooie huis met uitzicht op een verre zee. We kenden elkaar van de yogacursus. Dus ze zou het helemaal niet raar vinden als ik nu langzaam een been optilde en mijn armen in de lucht stak en zo, roerloos, een tijdje zou blijven staan. Als een boom, gezellig naast een eucalyptus. Nee, het was meer dan gezellig, het was magisch. Ik voelde me één met het gras en de aarde en dacht aan de koala’s die me makkelijk zouden kunnen zien vanuit de bomen. Die keken dan naar een onbeweeglijk Europees mensenbeest in hun voortuin.
     Uit het niets doemde er plotseling van links achter me een snuivend en rochelend geluid op van een levend wezen. Het kon geen mens zijn. Geschrokken keek ik in die richting, maar mijn ogen stonden nog in 'hypnose-stand' en het enige wat ik zag was een donker, bollig monster dat zich met grote snelheid in mijn richting voortbewoog. Het was misschien een woedend beest dat ik nog niet van naam kende? Het geluid was gruwelijk, alsof het net een wurgslang had verorberd en ik het tweede hapje zou worden die ochtend. Een angst die ik alleen kende uit een droom verlamde me ogenblikkelijk. En ik dacht: nu ben ik er geweest want hij ruikt natuurlijk ook nog eens dat ik vreselijk bang ben. Verstijfd wachtte ik op zijn eerste hap en toen de poten naar mijn lichaam begonnen te graaien hoorde ik mezelf een laatste gil slaken, 'hhaaaoeh'. IJselijk maar zacht, een veel te bescheiden gil voor iemand in doodsnood. Daar zou geen hond op afkomen. Iedereen sliep nog.
Dit waren mijn laatste minuten, wie had ooit gedacht dat die zo gruwelijk en onopgemerkt zouden zijn. [Kon ik niet iets harder gillen, bijvoorbeeld, of wilde ik misschien niemand tot last zijn? Tjezus!]
      Met de ogen stijf dichtgeknepen en het hoofd naar de hemel gericht, bleef ik maar staan. Mijn kreet was overgegaan in een klaaglijk gejammer. Maar er gebeurde niets. Dat wil zeggen, het walgelijke gehijg van het beest was wel heel dichtbij gekomen en zijn nagels voelde ik hard krabben op mijn onderbenen, maar er gebeurde niets nieuws.
Het jammeren werd minder. Nieuwsgierigheid had het voorzichtig overgenomen. De verstijving verslapte en uiteindelijk, eindelijk durfde ik naar beneden te kijken. Eerst wazig, maar toen zag ik het goed. Het was een oerlelijke, dolenthousiaste en ongeduldige hond met verkreukeld hoofd en gedrongen poten. Die wilde spelen.
Zelf was ik nu eigenlijk liever een tijdje gaan zitten huilen. Maar hij duldde geen alternatief plan.
     De hele ochtend hebben we toen samen opgetrokken. We hebben gestoeid, goed gelachen en heerlijk gewandeld. Ik kan niet zeggen dat het een vriend voor het leven is geworden, want daarvoor woonde hij te ver weg. Maar sommige ontmoetingen gaan nu eenmaal tot de belangrijkste levenslessen behoren. Dus nu verkondig ik mijn wijsheden aan iedereen die het wil horen: 1. als je heel erg schrikt van iemand bedenk dan dat degene misschien gewoon alleen wil spelen, 2. van yoga ga je wazig zien, en tot slot: zorg dat je niet onopgemerkt doodgaat. Schreeuw nog liever de longen uit je lijf. Anders krijg je spijt dat je laatste gil zo nietszeggend was, zo veel te zachtjes.

4 opmerkingen:

  1. Leuk dat zo een uitzending je weer kan inspireren om iets te schrijven!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Mooi, spannend verhaal. Tijdens het lezen, gleden mijn ogen al naar beneden om te weten wat het was dat daar rochelde. Maar daarmee verpest je de spanning, ik weet het. Een vreemde omgeving roept andere reacties, associaties op. Misschien geldt het omgekeerde ook wel: als iemand op het eerste gezicht vleiend en aardig is, wees dan op je hoede! Un flatteur toujours est un trompeur.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Hey thanks. Ik heb zojuist nog een tijd zitten schaven, en ben misschien nog niet klaar. Grappig dat men dat waarschijnlijk niet eens opmerkt, terwijl het voor mij nog alle verschil lijkt te maken...
    Overigens mogen jullie best onflatteuze opmerkingen plaatsen ook, en op alle slakken zout leggen, alleen maar leerzaam.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Niet zo bescheiden he,Kiek...ik heb om je verhalen en gedichten geschaterd en dit verhaal is ook fantastisch,echt mijn complimenten !!

    BeantwoordenVerwijderen