Rechercheur Peter J. struikelde over zijn eigen voet bij het omdraaien. De onaflatende woordenstroom van die Gerard en de eigenaardige geur in het café deden hem duizelen. Waarom praten mensen eigenlijk voortdurend, vroeg hij zich af, ook als ze niets interessants te melden hebben. En dit is pas de eerste getuige.
Nooit eerder was hij ergens op afgestuurd als tactisch rechercheur. Dus dit was het grote moment, dit was de zaak die hem nog een heel leven zou heugen. Als hij nog een heel leven mee zou gaan tenminste. Anders een half, of...
'Excuseer', zei Peter J. vastberaden, 'ik moet weer verder, maar bedankt voor alle informatie, ik kom misschien nog bij u terug. En mocht u de komende tijd iets verdachts zien of horen, mailt u mij dan, aarzel niet. Hier, ik geef u mijn adres'.
Op het kaartje stond:
Recherchekundige van Politie
613@haaglanden.politie.nl
613@haaglanden.politie.nl
Hij haastte zich een stevige handdruk te geven. Gerards gezicht veranderde binnen een seconde van opgetogen in getergd. De rechercheur zag het, knikte, en liep zo snel en zeker als hij kon de trap op. Een trap, dacht hij, die gaat ergens heen. Dat is handig.
Spannend :) en een filosofische laatste zin.
BeantwoordenVerwijderenTwee kleine kritiekpuntjes: ik vind het 'anders een half'-grapje een beetje flauw, en de komma in de twee zin (Gerard, en) is volgens mij overbodig.
Thanks, had het al net willen aanpassen. Het kan trouwens best zijn dat ik nog altijd niet klaar ben...
BeantwoordenVerwijderen